we-gaan-op-berenjacht.reismee.nl

De lange weg terug

Zo’n duizend kilometer scheiden ons van het einddoel in Canada. En dat einddoel mag bekend worden verondersteld, het is Vancouver International Airport. Daar eindigen we volgende week vrijdag onze vierweekse rondreis door British Columbia en Alberta. Maar zover is het nog lang niet.

Van alle geplande onderdelen van onze reis, beren kijken, walvissen spotten, Victoria en Vancouver bezoeken, de Rocky Mountaineer twee dagen bezet houden, football kijken in Calgary en de Hot Springs en Vineyardstour, is die laatste voor zowel ons als onze Nederlandse volgers vrijwel ongemerkt van start gegaan. Dat gebeurde met ons vertrek uit Calgary. Die stad is normaal gesproken het eindpunt van deze bij SNP (http://www.snp.nl/reis/canada/british_columbia_vineyards_en_hot_springs) geboekte reis, voor ons is het ’t begin. Wij rijden dus tegen de richting in. Dat wil zeggen: van de geplande reis. Op de weg houden we ons nog steeds keurig aan de gewenste rijrichting. Zeker ook omdat ze hier op wegen waar we in Nederland 80 mogen, hier 100 mogen, maar vaak 110 rijden. Ook vrachtwagens hebben moeite zich te begrenzen en het moet gezegd, de aanblik van een stalen T-rex die ons wil opeten in de spiegel van onze tank, maakt dat we ons niet altijd even senang voelen op de asfalten afstanden. Of in elk geval wanneer het masculiene deel van het reisgezelschap (schrijver dezes) met het roer in handen zit.

Wanneer we Waterton verlaten, is het dal getooid met fors laaghangende bewolking, die ook nog eens van plan is de bergen over te trekken en dat kan maar op een manier, door water te lozen. Onze laatste excursie is naar een meer ergens 15 kilometer een kloof door en wanneer we daar aankomen, zijn we net op tijd om ons volledig nat te laten regenen aan de rand van een meer, met weer uitzicht op Montana (VS), terwijl een hijskraan van het bekende plaatselijke bedrijf Mammoet (?) bezig is het schuilhuisje van nieuwe beplating te voorzien. Tot zover dus de rust van de natuur en het spektakel van de hooggelegen Canadese meren aan de rand van Amerika. Het aardige nu is dat als je de atlas raadpleegt, er een rechte lijn is die de grens tussen de twee staten markeert, maar dat daar hier in de verre van rechte natuur niks van is terug te zien. Landsgrenzen worden aan bureaus vastgesteld, en niet in het veld, blijkt hieruit.

We verlaten de plaats delict net zo snel als we aankwamen en nemen de dertig kilometer bergweg voor genoegen. Er zijn er in totaal dit jaar meer dan tweehonderd te gaan, dus we kunnen even vooruit.

Vijftig kilometer buiten Waterton, besluiten we tot ontbijt bij de Subway in Pincher Creek. Hier merken we dat de stemming er nog steeds goed inzit, door een grap die wij in elk geval wel leuk vinden. Vooropgesteld, Canada is een groot land en het is dus niet gek om vijf uur te reizen voor een footballwedstrijd of twee uur voor een liter vla, een halfje bruin en een kalkoen.

Goed, dit wetende en onderkennende, zien we een kerel in een Mammoetoverall de Subway binnenkomen (herinner de hijskraan aan het meer bij Waterton). Direct zien wij al voor ons dat hij ‘even’ hiernaartoe is gestuurd voor de lunch. Als hij dan ook nog eens te voet de straat verlaat, is voor ons de hilariteit compleet. Niemand in de Subway snapt onze grap, die dan ook in een taal werd gebezigd die zij mogelijk nog nooit eerder hebben gehoord. Je moest erbij zijn, dat is wel duidelijk.

Ook in Fernie, zo’n 150 kilometer westwaarts, is niet iedereen bekend met de globe. Het meisje bij Boston Pizza – dat via een interne gang vanuit ons hotel bereikbaar is – heeft nog nooit van Holland of The Netherlands gehoord. Amsterdam, ja, dat zegt haar wel iets. Hoe we het doen? Prima. En ja, we willen een pizza om mee te nemen naar onze hotelkamer, de uitvalsbasis van deze twee dagen.

De kamer is ruim, schoon en prima en er staan twee knoeperds van bedden in. Ook staat er een tafel waaraan gescrabbled kan worden. We hebben een bord uit 1955 en dat is wel even andere koek dan wordfeud, anno 2011. De J is bijvoorbeeld zes punten waard en de x, q en y slechts 7. Er worden vele borden achter elkaar volgelegd, waarbij Mariella meestal wint, maar vaak ook met hele rare woorden komt waarvan het bestaan of wordt vermoed of uit de tuin komt.

Fernie. Er is niet veel te doen als het geen zomer of winter is. Dat blijkt uit een volledige lege winkelstraat in het centrum en – pijnlijker – het gesloten zijn van de Island Lake Lodge, onze eigenlijke bestemming. Deze is nu ingeruild voor het al eerder genoemde hotel in de stad. Fernie is een zomerwandelinggebied en wintersportoord. Van beide is nu geen sprake en de lodge is dicht. Voor het seizoen.

Omdat er weinig te doen is, pakken we de tank om wat rond te toeren. We bezoeken wat lange bospaden (als we lang zeggen, bedoelen we lang). En we maken gebruik van het zwembad in het hotel (met heetbad of in het Engels hot tub). Dat is een privezwembad, we hebben namelijk in twee dagen helemaal niemand in het chloor zien liggen spartelen, terwijl het een prima bad is. Het heetbad buiten is zo mogelijk nog leuker, immers, het regent en wij zitten in warm water. Luxe.

Daarmee zijn de afgelopen dagen wel zo’n beetje gecoverd. We gaan morgen weer verder naar de Radium Hot Springs en ons is beloofd dat we in het midden van nergens komen te zitten. Het zal mij dus niks verbazen als we de komende dagen moeilijk via het net bereikbaar zullen zijn. Dus wellicht dat deze blog pas over een aantal dagen kan worden heropgepakt en ook voor het mailen en online scrabblen betekent het mogelijk time out!

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!